3.6 Grafiek en woordformule
Hoofdstuk 3 - Assenstelsels en grafiekenIn deze paragraaf leer je hoe je een grafiek moet maken bij een woordformule. Ook leer je dat de grafiek bij regelmatige toename altijd een rechte lijn is.
In paragraaf 3.3 heb je geleerd hoe je een grafiek kunt maken bij een tabel. Nu gaan we een grafiek maken bij een woordformule. Dit lijkt erg op elkaar. Het verschil is dat je nu eerst zelf de tabel nog moet invullen. Je gebruikt dus de woordformule om uit te rekenen welke getallen onderin de tabel komen te staan. Als je de tabel helemaal hebt ingevuld dan kun je de grafiek tekenen. De grafiek teken je uiteraard in een assenstelsel. Stap voor stap laat ik in het volgende filmpje zien hoe je dit moet doen.
Goed dat je dit blog hebt bekeken. Veel succes met het maken van je huiswerk of het leren voor je toets. Abonneer hieronder op de nieuwsbrief of op mijn YouTube kanaal om op de hoogte te blijven van nieuwe video’s.