7.3 Eenheden

Deze paragraaf is voor een groot deel herhaling van vorig jaar. Maar er is ook iets nieuws. Je leert namelijk de eenheden van gewicht in elkaar omrekenen. 

De eenheden van gewicht die je moet kennen zijn: ton, kilogram (kg), gram (g) en milligram (mg). In het volgende filmpje leer je hoe je deze eenheden in elkaar kunt omrekenen en hoe je ze bij elkaar kunt optellen.

Vorig jaar heb je al geleerd hoe je eenheden van lengte, oppervlakte en inhoud in elkaar kunt omrekenen en bij elkaar kunt optellen. Bekijk als herhaling hiervoor het volgende filmpje. Als je dit filmpje nog te lastig vindt of als je tijdens het maken van de opdrachten erachter komt dat je veel fouten maakt is het handig om de basis nog eens goed te leren. De basis voor het omrekenen vind je terug bij hoofdstuk 5 van vorig jaar. De filmpjes die hierbij horen staan verderop in dit blog.

Als je het filmpje hierboven nog te lastig vindt of als je tijdens het maken van de opdrachten erachter komt dat je veel fouten maakt is het handig om de basis nog eens goed te leren. De basis voor het omrekenen vind je terug bij hoofdstuk 5 van vorig jaar. De filmpjes die hierbij horen staan hieronder in de videoslider. Het is belangrijk dat je deze basis goed beheerst.

Je hebt vorig jaar ook geleerd hoe je de omtrek van een figuur, de oppervlakte van een rechthoek en de inhoud van een balk moet berekenen. Daar staan ook dit jaar weer opdrachten over in het boek. Als herhaling bekijk je eerst de filmpjes in de videoslider hieronder.