1.1 Namen vlakke figuren
Hoofdstuk 1 - Vlakke figurenIn deze paragraaf leer je over de eigenschappen van vlakke figuren. Om vlakke figuren uiteindelijk te kunnen herkennen zul je deze eigenschappen goed uit je hoofd moeten kennen.
Een vlak figuur is een plat figuur, die heeft geen diepte. Voorbeelden van vlakke figuren zijn een vierkant, rechthoek, ruit. Maar er zijn er nog veel meer. In het volgende filmpje leer je de verschillen tussen figuren in 1D, 2D en 3D.
Zoals gezegd zijn er veel verschillende vlakke figuren. Van een aantal van deze vlakke figuren zal je de eigenschappen uit je hoofd moeten leren. Welke dit zijn zie je in je boek op bladzijde 52 en 53. In het volgende filmpje zie je 4 voorbeelden van vlakke figuren en de eigenschappen die je moet kennen. Maar dit zijn ze dus niet allemaal!
Als je eigenschappen van alle vlakke figuren op bladzijde 52 en 53 goed kent kun je door naar het volgende onderdeel. Je krijgt een lijstje te zien met eigenschappen van een vlak figuur. Je moet dan zelf kunnen bedenken welk vlak figuur hierbij hoort. In het volgende filmpje zie je een voorbeeld.